Zie wat ik zie, doe wat ik doe

26/augustus/2015

Interventiepakket imitatie en gedeelde aandacht bij jonge kinderen

Imitatie en gedeelde aandacht zijn cruciale vaardigheden in de vroege kindertijd. Imitatie, in zijn meest eenvoudige definitie ‘doen wat iemand anders doet’, is een zeer krachtig mechanisme om te leren over de wereld. Kinderen leren het meeste door anderen iets te zien doen, en het vervolgens na te doen. Daarnaast wordt imitatie gebruikt als een pre-verbale vorm van communicatie: jonge kinderen die nog niet met elkaar spreken, gaan elkaar vaak expliciet nadoen tijdens spel. Imitatie is dan ook voorspellend voor de latere taal- en sociale ontwikkeling. Gedeelde aandacht (ook joint attention genoemd) is een tweede sociaal-communicatieve vaardigheid die al een belangrijke rol speelt tijdens het eerste levensjaar. Gedeelde aandacht betekent dat het kind de aandacht rond iets kan delen met iemand, bijvoorbeeld wijzen naar iets wat het leuk vindt, of meevolgen als een volwassene iets toont en benoemt. Ook gedeelde aandacht is erg belangrijk voor de sociale ontwikkeling van een kind, het delen van ervaringen en gebeurtenissen met anderen vormt de kern van ons sociaal gedrag.

Jonge kinderen met autisme hebben ernstige beperkingen op het gebied van imitatie en gedeelde aandacht. Dit zorgt voor bijkomende problemen tijdens hun taal- en sociale ontwikkeling. Petra Warreyn, Joke Honoré en Herbert Roeyers van de Onderzoekgroep Ontwikkelingsstoornissen (Universiteit Gent) ontwikkelden daarom een kortdurend trainingsprogramma, met als bedoeling de spontane imitatie en gedeelde aandacht van deze kinderen te stimuleren. Het programma bestaat uit 24 sessies van ieder ongeveer 30 minuten en werd de afgelopen jaren steeds opnieuw uitgeprobeerd en aangepast. Het programma werd door middel van een wetenschappelijk onderzoek getoetst op zijn effectiviteit bij een 40-tal kinderen. Uit de resultaten blijkt dat het programma zowel imitatie als gedeelde aandacht succesvol stimuleert. Deze interventie kan dus een positief effect hebben op de levenskwaliteit en op de toekomstige taal- en sociale vaardigheden van het kind.

Doelgroep

Uit de effectstudie is gebleken dat de training ‘Zie wat ik zie, doe wat ik doe’ zeker geschikt is voor kinderen met ASS tussen 4 en 7 jaar, met zeer uiteenlopende mentale en talige mogelijkheden. Dit heeft natuurlijk te maken met het feit dat de oefening en de ondersteuning die de therapeut biedt steeds worden aangepast aan de reactie en dus de mogelijkheden van het kind. Eerdere try-outs in de praktijk toonden ook bruikbaarheid aan bij jongere kinderen met ASS, op voorwaarde dat ze in staat waren om eenvoudige instructies te begrijpen (anders is nog wel een selectie van de opdrachten bruikbaar, maar niet meer allemaal) en om korte interacties met een therapeut te verdragen (anders zijn er eerst andere doelen waaraan moet worden gewerkt). Ook bij oudere kinderen met ASS lijkt minstens een selectie van de oefeningen bruikbaar, zolang er tekorten zijn op het gebied van imitatie en gedeelde aandacht. Ten slotte willen we hier ook nog de vroeggeboren kinderen vermelden. Deze groep is bijzonder kwetsbaar voor stoornissen in de ontwikkeling, variërend van mild tot ernstig, waaronder vaak taalvertragingen of taalstoornissen en autismespectrumstoornissen of gerelateerde problemen.

>> Bestellen 

Delen

CONTACTEER ONS